Amsterdams bevolkingsregister 25 jaar geleden in vlammen. Vandaag Herdenking. 27 maart 1943 - 27 maart 1968.
Amsterdam, 27 maart - Vandaag is het 25 jaar geleden, dat een aanslag werd gepleegd op het Bevolkingsregister van Amsterdam door een verzetsgroep onder leiding van Gerrit Jan van der Veen. en Willem Arondeus. Vanmiddag om twee uur wordt een herdenkingsplechtigheid gehouden bij de plaquette op het voormalige gebouw van het Bevolkingsregister aan de Plantage Kerklaan. De plechtigheid wordt geopend met declamatie door voordrachtskunstenares Willy Henrich. Wethouder J. Tabak spreekt namens het gemeentebestuur een kort herdenkingwoord. Een koor onder leiding van Hans Nieuwenhuyzen zal enige liederen ten gehore brengen. De bijeenkomst wordt besloten met het blazen van de Last Post. Twaalf man gefusilleerd na verraad Het is 27 maart 1943, zaterdagavond negen uur, een donkere avond. Zes politiemannen en drie man in burger komen bij de ingang van het bevolkingsregister. Eén van hen is gekleed in het uniform van kapitein van de staatspolitie. Hij zet de wacht in de houding en zegt, dat het gebouw onderzocht moet worden op verdachte personen. Twee man van de wacht lopen mee. De kapitein nbeveelt dat de gehele binnenwacht moet aantreden. Dat gebeurt. Plotseling komen revolvers te voorschijn. De wacht wordt ontwapend en gebonden. Vervolgens krijgen ze een verdovende injectie en worden in Artis' dierentuin gelegd. Razendsnel worden van te voeren klaar gezette vaten benzol naar binnen gesleept. Zoveel mogelijk bakken met persoonskaarten worden overhoop gehaald, links en rechts op stapels gegooid en met benzol overgoten. Springlading met tijdlonten worden op de juiste punten van het gebouw aangelegd. De kapitein en zijn mannen marcheren rustig af. Knallen Het is ongeveer elf uur. Hevige knallen klinken, de vlammen slaan uit het gebouw. Amsterdam lacht in zijn vuistje. Ze hebben het 'm geleverd. Men begreep, dat het verzet in actie was gekomen. De bezetter zou geen gebruik meer kunnen maken van de gegevens uit het bevolkingsregister bij de organisatie van deportaties naar Duitsland. De brandweer wacht zo lang mogelijk. Op een gegeven moment moeten ze wel uitrukken. De vlammen worden te lijf gegaan en wel op zo'n manier, dat alles maar dan ook alles door en door nat moet zijn. Ongeveer 2.15 uur 's nachts wordt gemeld dat men het vuur meester is. De schade wordt opgenomen. De voorlopige kaartopslagplaatsen zijn totaal uitgebrand. De grote kaartenhal echter heeft het gehouden: de kasten en bureaus zijn van staal, bovendien wilde de compacte kaartenmassa niet zo best branden. Wel zijn duizenden kaarten niet meer bruikbaar, omdat ze totaal doorweekt zijn. Het gebouw is helemaal overhoop gehaald; er heerste een praktisch complete chaos. De bezetter kan niet meer op het archief af gaan. De SD-er Willy Lages en zijn assistent Günther Klein zijn al direct na de aanslag op pad om de dagers op te sporen. Ze loven een beloning van tienduizend gulden uit voor degene, die vlledige inlichtingen omtrent de aanslag kan geven. Andries van der Laan, werkzaam op het confectiebedrijf van de NSB-er Pieter Teunissen, is wat te loslippig. Zijn baas krijgt wat namen te horen en dwingt Andries naar de SD te gaan om te melden wat hij weet. Günter Klein, ondervragingsexpert, weet Andries op de knieën te krijgen. Hij noemt de naam van Joop Hoogsteder, een vriend van Willem Arondeus. Op 1 april wordt Joop opgepakt. Hij wordt zwaar onder druk gezet door Klein en slaat door. Omdat hij actief heeft deelgenomen aan de actie aan de Plantage Kerklaan weet hij veel te zeggen. Diezelfde dat wordt Willem Arondeus op zijn onderduikadres verrast en gevangen genomen. In de daaropvolgende weken weet de SD nog negen maal toe te slaan. In totaal worden 21 arrestaties verricht. Teunissen ontvangt 6500 gulden voor zijn inlichtingen. Twee hoofddaders kunnen nog op tijd gewaarschuwd worden en weten zich schuil te houden. Dat zijn Gerrit van der Veen (40) , beeldhouwer, en jhr Willem Sandberg (45), in die tijd conservator van de gemeente-musea in Amsterdam.
1 Juli 1943 in de duinen van Overveen: Willem Arondeus (48), kunstschilder en schrijver, de man die het kapiteinsuniform gedragen had; Rudi Bloemgarten (23) medisch student; Karl Gröger (25) medisch student; Coos Hartogh (26), vertegenwoordiger; Sam van Musschenbroek (27), rijksambtenaar-jurist; Guus Reitsma (20), kantoorbediende Henri Halberstadt (32), magazijnbediende, dichter en journalist; Johan Brouwer (45), letterkundige en hispanoloog; Koen Limperg (34) architect; Sjoerd Bakker (28), kleermaker; Cornelis Barentsen (50), distributie-ambtenaar; Cornelis Roos (29), politieagent. Johanna Scholten krijgt levenslang en de artsen Willem Beck en Cornelis Honig 15 jaar tuchthuisstraf; zij worden naar een Duits concentratiekamp overgebracht. In mei 1944 raakt Gerrit van der Veen, na een mislukte aanval op het huis van bewaring aan de Weteringschans gewond. Hij wordt samen met de illegale drukker Duwaer opgepakt en gefusilleerd. De aanval van deze verzetsgroep is één van de belangrijkste en spectaculairste verzetsdaden geweest. De overval was een stimulans voor vele groepen in het land om te vechten voor de vrijheid. Overal werden daarna overvallen gepleegd op bevolkingsregisters en distributiekantoren Dat was belangrijk, want deze waren voor de bezetter enorme bronnen van inlichtingen.
(Een ontvangen krantenartikel, naam van de krant is niet bekend, datum 27 maart 1968)
|